Reisverslag Dag 1-10: Nederland, Duitsland, Oostenrijk, Slovenië & Kroatië
Tien dagen geleden vertrokken we vanuit het regenachtige Utrecht. Inmiddels hebben we 2243 kilometer gereden. Via Nederland, Duitsland, Oostenrijk en Slovenië zijn we in Kroatië beland. En niet onbelangrijk: we hebben hier ook de zon gevonden! Wat hebben we onderweg gezien en gedaan tijdens de reis? Je leest het hier.
Inhoudsopgave
Duitsland: Autobahn en Slot Neuschwanstein
Op onze eerste dag reden we de meeste kilometers tot nu toe: 480 totaal. Dat is natuurlijk ook niet zo moeilijk op het gladgestreken asfalt van de Duitse autobahn. Onze auto reed perfect, nadat ‘ie maanden bij de garage in Nederland had gestaan ter voorbereiding op onze reis. Wat een opluchting. De dag vloog voorbij, terwijl we alle hoekjes en knopjes van de auto leerden kennen. ’s Avonds besloten we voor gemak te kiezen: we sliepen in een motel langs de weg. Niet het romantische beeld wat ik van onze reis had, wel erg praktisch.
We gingen nog wel een rondje wandelen en wat eten in het pittoreske Aschaffenburg bij een lokale bistro. We bestelden een lokaal biertje, proostten op het leven en besloten om de volgende dag vooral ook wat leuks te gaan doen. We zijn natuurlijk niet alleen maar op reis om in een auto te zitten en kilometers te maken. Juist om toffe dingen te zien en mee te maken.
Om half 9 de volgende ochtend vertrokken we naar Slot Neuschwanstein. Een sprookjesachtig kasteel op de rotsen, waarvan de hoge torens uitkijken over het beboste, glooiende landschap in Beieren. We wandelden 2 uur door de bossen rondom het kasteel. Onze Nederlandse kuitspieren waren dat hoogteverschil helemaal niet gewend, maar het was een welkome afwisseling van in de auto zitten. En de panoramische uitzichten op de omgeving en het slot waren het meer dan waard. We zagen de eerste besneeuwde bergtoppen in de verte, groene heuvels en helderblauwe bergmeren. Het was prachtig. Samen met nog een paar honderd andere toeristen trouwens, die ook op maandagochtend hadden besloten dat Slot Neuschwanstein een bezoekje waard was. Mooie plekken zijn populair met een reden. Daarna reden we door naar het noordoosten van Oostenrijk, waar de heuvels langzaamaan veranderden in de grillige Alpen.
Oostenrijk: Bergen in Tirol, Highline 179, Zillertal en Zell am See
Voordat we vertrokken heb ik natuurlijk vaak nagedacht over onze reis. Dan stelde ik me voor dat we over de desolate Pamir Highway in Tadzjikistan reden, of met een gids op de achterbank ons een weg baande door China. Ik dacht bijzonder weinig na over de landen vlakbij Nederland. Oostenrijk werd een aangename verrassing.
Ik voelde me euforisch toen we langs de eerste besneeuwde bergtoppen reden. Zó mooi. En de bergen hebben toch een speciaal plekje in mijn hart veroverd. Rond etenstijd zochten we naar appartementjes in de buurt om te overnachten, maar we kwamen tot de ontdekking dat er ook een nadeel is aan Oostenrijk. Alles is superduur! Uiteindelijk vonden we voor een paar tientjes een camping. De tent stond in no-time – letterlijk 2 minuten – en we hadden een prachtig uitzicht op de bergen om ons heen. Het zou gelijk een vuurdoop worden met -2 graden en een storm die nacht. Met thermo-ondergoed en een fleecevest aan kroop ik in mijn slaapzak, om het vervolgens bloedheet te krijgen. Al doende leert men… Het goede nieuws: de tent bleef ondanks de harde wind gewoon op het dak zitten, en de slaapzakken zijn lekker warm!
We werden wakker van een haan naast onze tent die niet kon wachten om het zonlicht te begroeten. Op 10 minuten rijden van onze slaapplek bezochten we een van de langste hangbruggen van Europa, die 114 meter boven het dal bungelde. Ik heb last van hoogtevrees en was vastbesloten dit te overwinnen, maar eenmaal op de brug had ik nergens meer last van. Dat was een meevaller! Zo kon ik nog meer genieten van het fenomenale uitzicht op de omgeving: een groene vallei, eeuwige sneeuw en kleine dorpjes.
De volgende stop: het groene ‘Zillertal’. De allerlaatste wintersportgangers gleden wanhopig over de laatste stukjes piste. We namen een detour via een kronkelige bergpas. Het bleek een goede keus. De weg bracht ons diep de bossen in, waar aan weerszijden van de weg dikke pakken sneeuw lagen. Het was magisch. Uiteindelijk klapten we onze tent open op een camping in Zell am See. Dit was wel het moment om een fles champagne open te poppen en even te genieten van wat we aan het doen zijn (dus dat deden we ook).
De volgende ochtend straalde de zon in ons gezicht, bezochten we mijn neef en zijn familie die een B&B runnen in het zuiden van Oostenrijk en kwamen we aan in land nummer 3: Slovenië.
Slovenië: Het meer van Bled en de Postojna grotten
Regen, regen, regen. Dat vat onze 24 uur in Slovenië het best samen. Het meer van Bled is ook in de regen mooi, maar ik vermoed dat het met beter weer wel nog een stuk aangenamer vertoeven is. Daarom richtten we onze pijlen op de tweede highlight van Slovenië: de Postojna grotten.
De Postojna grotten zijn een van de langste grotten van Europa. Je kunt ze verkennen met – jawel - een treintje. Samen met een hele horde andere toeristen stap je in een treintje die zich vervolgens een weg baant door de nauwe gangetjes van het uitgebreide grottenstelsel. De mooiste rotsformaties van stalactieten en stalagmieten schieten aan je voorbij. Een soort prachtig natuurgeweld meets Disneyland. Raar? Ja! Vet? Ja!
Een blik op de weersvoorspelling gaf weinig verbetering, en dus gingen we na een flitsbezoek van 24 uur op weg naar het volgende land én de zon. Kroatië.
Kroatië: Plitvice en Dubrovnik
Onze eerste bestemming in Kroatië werd een klein huisje in het bos. Marcel was ziek, dus het was een goed moment om even de rust op te zoeken. De zon scheen, het was 23 graden en we waanden ons alleen op de wereld. Vanuit ons huisje keek je uit over de bossen in de omgeving. We zagen een eekhoorn door de bomen slingeren, een vos voorbijrennen en ’s ochtends werden we begroet door drie herten. Ik had eindelijk tijd om te sporten, begon aan het boek The Last Overland (toepasselijk over iemand die van Singapore naar Londen is gereden in een oude Land Rover) en wandelde door de bossen. Het was echt heerlijk. Ik heb me nog maar eens voorgenomen om vaker rustig aan te doen.
Na twee dagen niksen (waarin de tijd altijd verrassend snel gaat), voelde Marcel zich weer wat beter en besloten we verder te reizen. De eerste stop: de beroemde Plitvice meren. Je wandelt er langs heldere, turquoise meren en honderden, schilderachtige watervallen. De grootste waterval heet toepasselijk de Grote Waterval (Veliki Slap) en is maar liefst 78 meter hoog en omringd door kleinere broertjes en zusjes. Een watervallenfestijn zover het oog rijkt. Met recht een van de highlights van Kroatië. Wat een natuurpracht, óók in de winter (en een toegangskaartje kost zo’n 30 euro minder in deze periode dan in het hoogseizoen).
We reden via de kustweg van noord naar zuid door het land heen. Onderweg stopten we nog in het oude havenstadje Trogir en bezochten we het indrukwekkende oude stadscentrum van Split. Maar het echte hoogtepunt was de weg zelf. Bij elke baai die we passeerden werd het water nog iets blauwer, en de bergen nog iets ruiger. Ik waande me in een tropisch oord en durfde de stranden zelfs te vergelijken met de bountystranden in Azië. Dit is waar we het voor doen. De mooiste routes rijden die we kunnen vinden en genieten van alles wat we onderweg tegenkomen.
Onze bestemming van deze betoverende kustweg was Dubrovnik. De verwachtingen waren hoog, want het is een populaire plek. Maar dat bleek terecht. Ik ben Dubrovnik fan. Achter elke hoek zat een schattig straatje verstopt met scheve trappetjes en huizen met rode daken. Om het oude centrum heen staan stevige stadsmuren, die uitkijken over de blauwste zee die ik in tijden heb gezien. Ik kon de keien op de bodem tellen, zo helder was het water. En leuk weetje: het hele stadje is terug te zien in Game of Thrones en is voor talloze scenes gebruikt. Als echte GoT-nerds zijn we natuurlijk alle filmlocaties afgegaan.
Iets verder langs de kust ligt het verlaten strandoord Kupari. Een plek waar onder andere Joegoslavische militairen en Tito vakantie vierden. Tijdens de Joegoslavische burgeroorlog is het kapot geschoten en gebombardeerd, om vervolgens in de vergetelheid te raken. Het gevolg? Een baaitje met allemaal verlaten, vervallen hotels en kapotgeschoten villa’s. Een beetje een apocalytische vibe, maar wel een bezoekje waard. Ik vind zulke plekken altijd wel interessant, die door iedereen vergeten lijken te zijn en langzaam vergaan.
We sloten de dag af door naar een heuvel te rijden met prachtig uitzicht over Dubrovnik tijdens zonsondergang. Het was de mooiste dag tot nu toe. Hier had ik nog wel even kunnen blijven. Maar we besloten om het iets minder tropische Sarajevo op te gaan zoeken. Deze stad heeft een heftige recente geschiedenis waar we meer over willen leren. En een echte mijlpaal: we gaan de EU verlaten!
● ● ●
Volg de expeditie op Instagram voor realtime updates en nog veel meer foto's en video's!
2 Comments
Yvette
Heerlijk meereizen zo op Instagram en hier, love it!
Charelle
Leuk! 🙂